Een appje van Uitvaartmeneer: ‘Kun je as maandag om half twaalf op ons centrum zijn voor meneer Jans Vaartjes geboren 9 januari 1929, overleden 15 januari?’
Ik blader in mijn agenda en concludeer dat het niet ónmogelijk is, als ik de ene afspraak iets naar voren haal en de andere iets naar achteren schuif en app terug; ‘dat lukt wel.’
Het bijwonen van de eenzame uitvaart is een van de taken van de stadsdichter. Ik schrijf altijd een persoonlijk gedicht voor de overledene dat ik bij de ter aarde lating voordraag.
In de volgende dagen zoek ik driftig naar iets meer informatie over Jans Vaartjes dan die twee data. Maar noch de gemeente, noch het internet, noch uitvaartmeneer weet iets van meneer Vaartjes leven. En dus buig ik me uiteindelijk over die datum: 9 januari 1929, de dag dat meneer Vaartjes ter wereld kwam. Wat was dat eigenlijk voor een dag? Een woensdag leer ik, een paar dagen nadat Kuifje voor het eerst op papier verscheen. Het ging in die week even niet zo lekker met George V want Buckingham Palace liet weten dat zijn situatie stabiel was.
Op maandagmorgen iets voor half twaalf wandel ik het uitvaartcentrum binnen. De vriendelijke uitvaartverzorgers vangen me op. De een neemt mijn jas aan terwijl de ander vast een kop koffie voor me inschenkt. Verderop zitten een man en een vrouw aan een tafeltje. Het is duidelijk dat we voor dezelfde dode komen. We geven elkaar een hand. De dame is gekleed in een kleurige roze trui met een vrolijke sjaal. Ze kijkt wat zorgelijk maar vriendelijk en vraagt me erbij te komen zitten. De heer is keurig gekleed en heeft zijn grijze haar in een scheiding gekamd. Met de schaal koekjes komen ook de verhalen op tafel. Zij heeft meneer Vaartjes de laatste twee jaar wekelijks verzorgd. En ze vertelt me zijn levensverhaal op de manier zoals zij het hem zelf zo vaak heeft horen vertellen: over de moeder van wie hij zo hield en de rotzak van een stiefvader met wie zij was getrouwd. Het vroeg uit huis vertrekken en de avonturen op de vrachtwagen. Hoe hij jaren later nog een kroeg opende in Oss en die Drenthe noemde naar zijn geboortegrond.
‘Maar dat kan helemaal niet,’ lacht de man met de scheiding, ‘want er heeft nooit een kroeg met die naam bestaan in Oss!’
Meneer Vaartjes werd dement en haalde zijn eigen verhalen door elkaar. Maar wat gaf dat? De twee vrijwilligers bleven wekelijks bij hem komen. De één voor de boodschappen en het huishouden, de ander voor de koffie en de krant. De verhalen kenden ze beiden. Er ligt geen verdriet op tafel. Meneer Vaartjes was gewoon klaar om dood te gaan.
Na een korte stilte staan we, als afgesproken, gelijktijdig op om naar hem toe te gaan in het kamertje naast de koffieruimte. De kist is nog open. Zijn hoofd wordt ondersteund door een kussen. Hij draagt zijn favoriete grijze trui waarover ik net heb gehoord. Ik weet nu precies waar de gaten zitten maar die hebben ze goed weten te verstoppen. Op zijn buik liggen twee foto’s; één van zijn moeder en één van zijn broer. Ik hoef hem niet aan te raken om te weten dat zijn huid koud is en hard. Hij is al vertrokken.
De dame in het roze leest haar afscheidsbrief voor. Daarna lees ik het gedicht. Dan zijn we stil. Buiten de ruimte gaat een telefoon. Iemand loopt even op en neer en laat de deur open. Het geeft niet.
Met zijn vieren halen we het bloemstuk van de kist, pakken de glasplaat op en zetten hem voorzichtig tegen de muur. Dan vouwen we de randjes van het linnen naar binnen en laten de lieve roze dame nog even een hand op het hoofd van Meneer Vaartjes leggen. ‘Goeie reis, Jans,’ zegt de een, ‘goeie vaart,’ zegt de ander, ‘lekker uitwaaien,’ zeg ik.
Het deksel valt in een keer in de juiste uitsneden. Iedereen neemt twee schroeven om hem vast te draaien. We spreken niet meer tot ze allemaal stevig vastzitten. De uitvaartmeneer controleert ze nog even. Ik vraag me af waarom, maar dat hoeft niet. Niet alles hoeft zin te hebben, dat weet ik allang.
Jans Vaartjes werd geboren op 9 januari 1929 en overleed in Nijmegen op 15 januari 2022. Hij werd op 23 januari in Nijmegen gecremeerd.
9 januari 1929
Het was een woensdag waarop het vroor dat het kraakte
Koningin Wilhelmina, die van de pepermuntjes
was vorst van het Koninkrijk der Nederlanden
Kuifje had twee dagen voor jou zijn intrede gedaan
voor altijd een jongen gebleven
Op die dag werd uit gezaghebbende bron op het Buckingham Palace
medegedeeld dat de koning een rustige nacht had gehad waaruit
men kon concluderen dat het gevaar geweken was
maakte de nieuwe commissie van Herstel zich gereed voor benoeming
en werd jij diezelfde wereld in geslingerd of
werden al jouw deeltjes samengevoegd tot wat je zijn moest
Ik heb eens gelezen wat in de kosmos aanwezig is
in de kosmos blijft
Niets erin en niets eruit
Maar daarbinnen kun je wel uitwaaien.
Hee Heidi, heel mooi gedaan, (ik voorzie een neve- na- carriere in het uitvaartwezen !)
Soms komen dingen onverwacht samen. Soms komen onverwacht dingen samen. Nieuw en toch bekend, alsof het nooit anders had kunnen zijn.
Samen.
Wat mooi, Heide, heel ontroerend. En zo licht geschreven als de ziel van Mr. Vaartjes is weggevlogen.
Zoiets als de ondraaglijke lichtheid van het bestaan.n
Mooi HEide, Jan Vaartjes vaart rustig deze wereld af.
Dag Heidi, fijn om te lezen en te lezen hoe het er toe gaat. Mooi dat er zoiets bestaat..
Ik leer ervan.